In A-Gadda-Da-Vida, maar liefst 17 minuten en 5 seconden | Plaatje Praatje aflevering 9

Iron Butterfly. Foto: Wikimedia Commons

Kees Toering, bedenker van de Top 2000, werd geboren in Wanneperveen en groeide op in Meppel en Staphorst. In deze rubriek schrijft hij elke twee weken over zijn muzikale jeugdherinneringen aan de regio, waarin telkens een bekende song uit de Top 2000 centraal staat. Ditmaal: In A-Gadda-Da-Vida van Iron Butterfly.

Eind Jaren 60, begin Jaren 70 zijn in ons land Muziek Expres en Muziekparade veruit de meest populaire tijdschriften over popmuziek. Maar die vinden wij, mijn vrienden en ik, veel te suf. In die bladen is hitparade muziek leading en daar zijn wij niet zo van. Wij zetten ons daar juist tegen af als zijnde te gladjes en lezen het meer rebelse weekblad Hitweek en later diens opvolger Aloha. Met daarin, naast popmuziek, aandacht voor andere onderwerpen die jongeren bezighouden, zoals seks en drugs. Dat is nog eens wat! Qua muziek richt het blad zich op het meer alternatieve en progressieve genre, de zogeheten underground. Afwijkend en spannender allemaal, maar vooral ludiek en tegendraads. “Beter langharig dan kortzichtig” is het provocerende credo en dat past helemaal in ons straatje. Lastig is wel dat Hitweek om die reden niet overal en regelmatig te koop is, niet in Meppel, laat staan in Staphorst……Gelukkig is er onze redder in nood, klasgenoot en domineeszoon Roelof uit Ruinerwold, die als onbezoldigd “wederverkoper” Hitweken dealt op de HBS en in koffiebar De Trechter.

Niet alleen brengt Hitweek ons, provinciale pubers, in aanraking met de coole Amsterdamse hippie scene, maar vooral ook met muziek van vrijwel totaal onbekende psychedelische bands met tot verbeelding sprekende namen namen als The Electric Prunes, Vanilla Fudge, The Peanut Butter Conspiracy en Moby Grape.

En, heel bijzonder, bij Hitweek kun je “lid” worden van het Luisterkorps. Via een ingezonden brief (inclusief vermelding van adres en telefoonnummer; de AVG is nog ver weg) laat je in die rubriek weten welke Lp’s je thuis in je collectie hebt, op wat voor installatie je ze afspeelt en dat geïnteresseerden langs kunnen komen om ze gezamenlijk te beluisteren. Een rubriek die gezien kan worden als voorloper van het huidige delen van je muzikale voorkeuren via Spotify. Met als verschil dat je een echte fysieke ontmoeting hebt.

Van heinde en verre komen ze bij me thuis in Staphorst, deze meestal langharige en helaas altijd manlijke muziekliefhebbers. Zo staat er zelfs zomaar een jongen uit Amsterdam voor de deur, die geïnteresseerd is in mijn toen nog tamelijk bescheiden Lp-collectie. Ook geeft hij te kennen dat ie het verbazingwekkend vindt dat iemand uit het conservatieve bolwerk Staphorst zo’n progressieve muzieksmaak heeft. Hoe dan ook, we sluiten de gordijnen van mijn kamer, steken kaarsen en wierookstokjes aan en luisteren in kleermakerszit en onder het genot van een door hem meegenomen stickie, naar de muziek van Bob Dylan, Pink Floyd en (weer zo’n naam) Iron Butterfly. In A-Gadda-Da-Vida, maar liefst 17 minuten en 5 seconden, één hele plaatkant. Te gek, weet je wel?

Tot mijn verbazing blijkt Het Luisterkorps in Staphorst al wat meer aanhangers te hebben. Een zekere Mario, me vaag bekend voorkomend, meldt zich, evenals Gerrit uit de Oranjestraat. Die ik ken als de getalenteerde, George Best achtige voetballer in het eerste van Staphorst. Gerrit blijkt, samen met zijn broer, een groot liefhebber te zijn van de zogenaamde Engelse Folk, ook zo’n obscuur muziekgenre waar Hitweek regelmatig over schrijft. Tientallen Lp’s bezitten de beide broers, een jaloersmakende collectie. Uren breng ik luisterend bij ze door; Fairport Convention, Fotheringay, één grote ontdekkingsreis. Allemaal mogelijk gemaakt door dat idealistische, verbindende rubriekje in een inmiddels legendarisch jongerenblad.


In-A-Gadda-Da-Vida van Iron Butterfly uit 1968.

In de Top 2000 van 2021 kwam dat nummer terecht op 1235 en in het verspreidingsgebied op 1127.

Nieuws

menu