Michael H. verkrachtte 17 jaar geleden een vrouw in Meppel. Hij werd nooit gepakt, tot er een match kwam in de DNA-databank

Een forensisch onderzoeker verricht vooronderzoek ten behoeve van DNA-onderzoek. Foto: NFI
Het gaat om de nu 38-jarige Michael H. uit Meppel. Hij is opgepakt voor de verkrachting in 2005 in Meppel bleek onlangs bij een zitting bij de rechtbank in Assen. ,,Het is altijd bijzonder als na zoveel tijd een DNA-spoor van een misdrijf een match geeft”, zegt DNA-deskundige Lex Meulenbroek van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI).
De DNA databank strafzaken wordt door het NFI beheerd. In de databank zitten DNA-profielen van ongeveer 385.000 personen en van 72.000 sporen die gevonden zijn bij misdrijven.
Match in oude zaak springt er wel uit
,,Per week worden van zo’n 85 personen sporenmatches gevonden”, vertelt Meulenbroek. ,,Maar een match in een oude zaak, zoals van die verkrachting in Meppel, heb je niet elke week. Die springen er uit.”
Zo’n zaak is een mooi voorbeeld van het belang van de DNA-databankstrafzaken, vindt Meulenbroek. ,,Het spoor blijft in de databank tot er hopelijk ooit een persoon aan kan worden gekoppeld.”
Het DNA-proces begint met het zoeken en vinden van biologische sporen op bijvoorbeeld een wapen, het slachtoffer of op een kledingstuk. Als sporen worden gevonden, wordt daar DNA uitgehaald, legt Meulenbroek uit. ,,Dat DNA bekijken we minutieus en vertalen we naar een getallencode: het DNA-profiel, dat uniek is per persoon. Zo’n DNA-profiel wordt opgeslagen en vergeleken met de profielen in de DNA-databank voor strafzaken.”
Iedereen die veroordeeld is voor een misdrijf waarvoor voorlopige hechtenis is toegestaan, is tegenwoordig verplicht om DNA af te staan. Volgens Meulenbroek komen op die manier jaarlijks ongeveer 20.000 nieuwe DNA-profielen van personen in de databank. Zo liep ook Michael H. uit Meppel tegen de lamp in de verkrachtingszaak, bleek onlangs op een zitting bij de rechtbank in Assen.
Duidelijk is dat H. vorig jaar DNA moest afstaan vanwege een ander strafbaar feit. Dat gaf een match met het vermoedelijke daderspoor dat in 2005 was gevonden op de kleren of het lichaam van het slachtoffer van de verkrachting. Dat spoor zat al die jaren in de DNA-databank.
Ook verdacht van aanranding twee andere vrouwen
De Meppeler verblijft ondertussen bijna vier maanden in voorarrest in de gevangenis op verdenking van de verkrachting die is gepleegd toen hij 20 jaar oud was. Ook wordt H. door het OM gekoppeld aan twee andere zedenfeiten in 2004 en 2011 in Havelterberg en Meppel. Twee vrouwen zouden door hem zijn aangerand. Die aanrandingen ontkent hij, liet zijn advocaat weten.
Maar de verkrachting heeft H. volgens het OM wel toegegeven. Hoe kan hij anders verklaren dat zijn DNA is gevonden op het slachtoffer? De politie heeft zeer waarschijnlijk meer bewijs, zoals verklaringen van slachtoffers over zijn signalement en bijvoorbeeld zijn scooter. H. was niet bij de procedurele zitting aanwezig en zowel het Openbaar Ministerie (OM) als zijn advocaat wilden weinig over de zaak kwijt. Ook niet over welk DNA-spoor was aangetroffen. Het zou sperma kunnen zijn, maar ook bloed, haren, speeksel of ander lichaamseigen materiaal. Pas bij de inhoudelijke behandeling wordt alles op tafel gelegd.
Opnieuw onder de loep
Door de match hebben de politie en het OM het onderzoek naar het zedenmisdrijf heropend. Het oude dossier is uit de kast gehaald en door de recherche opnieuw onder de loep genomen. ,,DNA alleen is nooit genoeg”, zegt Meulenbroek. ,,Maar het is wel erg belangrijk en niet zelden cruciaal voor het oplossen van een misdrijf. De politie brengt de door hen veilig gestelde objecten naar ons toe. Wij rapporteren de resultaten aan de politie en het OM. Bij een match leveren wij de naam van de persoon van wie het spoor kan zijn. De politie en het OM gaan dan verder onderzoek doen.”
Voor oude opgeloste misdrijven speelt DNA vaak een sleutelrol, weet Meulenbroek. ,,Het zijn zaken die een coldcase zijn geworden, omdat er ondanks volop speurwerk geen dader is gevonden. Een DNA-match kan de doorbraak zijn voor zaken die jaren geleden zijn vastgelopen. Technisch is ook steeds meer mogelijk. Ik zit inmiddels bijna twintig jaar bij het NFI en zie dat de ontwikkelingen onverminderd doorgaan.”
Zaak Andrea Luten
Door nieuwe technieken kan meer gehaald worden uit zogeheten complexe sporen. ,,Hierdoor kunnen we ook DNA-profielen verkrijgen uit minimale sporen en vergelijken in de databank. Daarvoor wordt door het NFI samengewerkt met universiteiten en buitenlandse laboratoria. ,,Die intensieve samenwerking is een soort vliegwiel voor innovatie. Een voor ons historische zaak op dat gebied is die van de moord op Andrea Luten.” Het 15-jarige meisje uit Ruinen werd op 10 mei 1993 om het leven gebracht toen zij op haar fiets op weg was van school naar huis.
Meulenbroek heeft meerdere boeken geschreven over de rol van DNA en de databank bij specifieke misdrijven. De zaak van Andrea Luten komt uitvoerig aan de orde in de boeken DNA Match en DNA Kroongetuige . ,,De zaak Luten was echt een mijlpaalzaak voor ons”, vertelt hij. Heel lang werd tevergeefs naar de dader gezocht van het dertig jaar geleden vermoorde meisje. Meerdere mannen werden ten onrechte gearresteerd. Hoe meer tijd verstreek, hoe kleiner de hoop werd dat de moordenaar ooit zou worden gevonden.
Schaamhaar
Op haar levenloze lichaam in de Gijsselter bossen was destijds een schaamhaar gevonden die niet van haar was. ,,In vergelijking met nu stond forensisch DNA-onderzoek nog in de kinderschoenen”, zegt Meulenbroek. ,,De DNA-databank bestond nog niet eens.”
Destijds is door het NFI de hulp ingeroepen van een laboratorium in het Duitse Münster. Zij hadden volgens Meulenbroek al ervaring met DNA-onderzoek naar de haarwortel. Maar de onderzoekers verkrijgen een onvolledig DNA-profiel dat te weinig onderscheidend is bij een eventuele match. Het profiel kon daarom niet in de DNA-databank worden opgenomen, die sinds 1997 bestaat.
In 2004 wordt het onderzoek naar de moord op Andrea heropend. ,,Nog een keer is alles op alles gezet om het misdrijf op te lossen.” Het lab in Münster lukt het dan wel om - met restproduct van de haarwortel - een zeer persoonsonderscheidend DNA-profiel te produceren dat geschikt is om op te nemen in de DNA-databank. Jaren verstrijken maar een match blijft uit. Tot april 2010 er totaal onverwachts in de databank een match is met het DNA-profiel van Henk F. uit Hoogeveen. Hij moest DNA afstaan na mishandeling van zijn vriendin.
Moeder bleef hoop houden door spoor in databank
F. is de moordenaar van Andrea waar dan al 17 jaar naar wordt gezocht, bekent hij kort na zijn arrestatie. Dat ene schaamhaartje deed hem de das om. Lammie Luten, de moeder van Andrea, vertelt in een boek van Meulenbroek dat het DNA-spoor in de databank haar al die jaren hoop bood dat de zaak opgelost zou worden. De moeder van Andrea zegt in het boek: ,,Ik ben ervan overtuigd dat het zo heeft moeten zijn dat ik Andrea toen niet zelf heb gevonden. Als ik Andrea had gevonden, had ik haar zeker beetgepakt. Grote kans dat daardoor het kleine haartje was verdwenen. Dan hadden we niets gehad.”
Dat ene schaamhaartje bleek goud waard, bevestigt Meulenbroek. Hij vindt het indrukwekkend dat door de DNA-databank er na soms meer dan 20 jaar nog doorbraken komen in onopgeloste misdrijven. ,,De DNA-databank is een zeer belangrijk opsporingsmiddel geworden. Bij lopende zaken, maar ook bij oudere zaken. Een spoor wacht rustig in de databank totdat er een persoon komt die ermee matcht.”
Zonder databank nooit gepakt
De destijds 41-jarige Henk F. is in december 2010 veroordeeld voor het doden van Andrea Luten. Zonder de DNA-databank was hij nooit gepakt. Hij kreeg 15 jaar gevangenisstraf voor gekwalificeerde doodslag. F. heeft twee derde van zijn straf uitgezeten en is inmiddels weer vrij man.
Ook in de zaak van de in 1997 vermoorde Els Slurink uit Groningen zorgden nieuwe technologische ontwikkelingen voor een doorbraak in het tot dan toe nooit opgeloste misdrijf. Door nieuwe technieken kon van het celmateriaal dat was gevonden onder de nagel van Els Slurink door het NFI een bruikbaar DNA-profiel worden opgemaakt.
Dat leverde een match op met het DNA-profiel van Jahangir A. Het profiel van de veelpleger was al opgenomen in de databank vanwege eerder gepleegde misdrijven. Hij werd begin 2021 gearresteerd. Bij het gerechtshof is net als eerder bij de rechtbank tien jaar cel tegen A. geëist. 11 april doet het hof uitspraak.
Hoe het afloopt met de zaak van de van verkrachting verdachte Michael H. uit Meppel zal de komende maanden blijken.