Hans Mendels (75) en zijn dochter Sharon (42) geven vrijdagavond op het bevrijdingsevenement in Rouveen hun oudoom Emanuel Roos uit Staphorst een stem. Jood Manuel was geïnterneerd in kamp Conrad in zijn eigen gemeente en overleefde de oorlog niet

Manuel Roos. Vermoord om wie hij was. Familie Mendels
Rouveen beleeft vrijdagavond 5 mei een groot bevrijdingsevenement. Vliegtuigen die de Missing Man Formation laten zien, oude voertuigen, bevrijdingsbogen, het Grootste Vrijheidskoor, het is allemaal mooi, maar daar gaat het natuurlijk niet om. Alle festiviteiten zijn een middel om de slachtoffers die het niet hebben gered een stem te geven en hun verhalen te vertellen.
Een van deze mensen was Manuel Roos, woonachtig aan De Werkhorst, toen gemeente Staphorst en 47 jaar oud. Hij woonde bij zijn zus Betje. Manuel die vertegenwoordiger bij een groot bedrijf was en vrijgezel had de pech Joods te zijn. Toen de oproep kwam om zich te melden, deed hij dat, net als veel van zijn familieleden. Zijn zus dook onder. Zij overleefde en daarom bestaan Hans en Sharon.
Manuel heeft zelfs geen graf, maar zijn stem kan toch nog gehoord worden. Dat doen Hans en zijn dochter Sharon namens hem. Manuel was de broer van Hans zijn oma. „Het is onze taak om zijn verhaal levend te houden, de jeugd te vertellen wat er is gebeurd. We doen dat namens hem. Noem mijn naam en ik besta, is een Joods spreekwoord.”
Pijnlijk, maar waar
Hans Mendels is 75 en na de oorlog geboren. Zijn familie komt uit Meppel, Staphorst en Wolvega. Van de 250 Meppeler Joden kwamen er slechts negen terug. Zij die het overleefden, hadden veel moeite de draad weer op te pakken. Vaak waren hun huizen weg en moesten ze moeite doen hun bezittingen terug te krijgen en ook in de oorlog was Nederland meegaand met de bezetter. 102.000 Joden werden vermoord. Treinen reden stipt op tijd, de eigen politie werkte mee. Pijnlijk, maar waar.
Hans: „Pas in 2016 na het plaatsen van stolpersteine in Wolvega ben ik mij in de geschiedenis van de Meppeler Joden gaan verdiepen. Toen stuitte ik ook op de naam van Manuel. Er is in de familie nog een 78 toeren-plaat waarop zijn stem is te horen. Hij is vermoord, niet om wat hij deed, maar om wie hij was. Laat dat goed doordringen.”
Wonderbaarlijk genoeg werd Manuel geïnterneerd in Kamp Conrad in Rouveen, nota bene in zijn eigen gemeente. In de crisisjaren was Conrad een kamp voor de werkverschaffing, in de oorlog gebruikten de Duitsers deze om er Joodse mannen te interneren, vooral uit Amsterdam. Manuel werkte aan wegen en sloten, een infrastructuur die vandaag de dag nog steeds wordt gebruikt. Hij kwam dorpsgenoten tegen. Dat de Holocaust om de hoek plaatsvond, was niet bekend. Mensen hadden het druk met hun eigen beslommeringen.
Op 2 oktober 1942 werden alle Jodenkampen in de regio ontruimd, ook de kampen Beugelen, Conrad en het Wiede Gat, net als kamp Linde bij Zuidwolde. De mannen marcheerden vanuit de wijde regio naar Meppel en gingen vanuit daar naar Westerbork, de eerste fase in de vernietiging. Manuel liep onder begeleiding van de Grüne Polizei naar Meppel. Er stonden bekenden te kijken.
Positief
Hans Mendels: „Vroeger toen ik als jongetje van 9, het wat beter ging beseffen, was ik boos op alles en iedereen. Die boosheid is weg. Het is negatieve energie waar je niks aan hebt. Ik zet die energie positief in, door Manuel en mijn andere vermoorde familieleden een stem te geven, de jeugd te informeren. Een paar jaar geleden werden drie van de vijf stolpersteine in Wolvega, die er neergelegd waren voor mijn familie, gestolen. Ik heb hoogstpersoonlijk met een hamer drie nieuwe in het plaveisel geslagen. Mensen weten niet meer wat er gebeurde. Daarom is dit zo belangrijk.”